Onze excursiecommissie had voor zondag 29 oktober een afspraak geregeld met de APH (Arbeitskreis Paläontologie Hannover), een zeer actieve vereniging van enthousiaste fossielenverzamelaars; niet alleen uit de omgeving van Hannover maar ook ver daarbuiten. Deze keer stond een bezoek aan de Nord-groeve (vroeger ‘Teutonia’) op de rol; een immense kalkgroeve met een lengte van ongeveer anderhalve kilometer een diepte tot wel 40 meter onder het maaiveld. De verwachtingen waren hooggespannen aangezien deze groeve bekend staat om zijn vele en goede vondsten.
Gelukkig hadden we deze keer het voordeel dat de wintertijd die nacht weer was ingegaan., maar het was desondanks vroeg opstaan om op tijd in Misburg te zijn. Na ongeveer twee en een half uur rijden vanaf Emmen en een rustige Autobahn kwamen we ruim voor de afgesproken tijd (10.00 uur) aan op de afgesproken parkeerplaats. Tegenover stonden voorzitter Willem en Harrie, die beiden al een dag eerder naar Hannover waren vertrokken, de dorst van hun auto’s te lessen met gunstig geprijsde Duitse benzine en langzaamaan was de club compleet. Het bleek echter een klein clubje te zijn van slechts 7 mensen (Geertje kon het qua vervoer niet rondkrijgen en er had iemand op het laatste moment afgezegd). Precies op de afgesproken tijd kwamen de mensen van de APH ons ophalen en vertrokken we naar de groeve. Het laatste stukje moest worden afgelegd via een rodeo-achtige modderweg met enorme waterplassen, langs een eindeloze transportband, een museumrijpe hijskraan tot aan het voor velen bekende toegangshek naar de groeve.
Na de regen van de afgelopen dagen leek het verstandig om laarzen aan te trekken. Helm en geel (oranje mocht niet) hesje waren verplicht en met alles wat we dachten nodig te hebben gingen we de groeve in. Dat er een redelijk aantal mensen al een uur voor ons begonnen was met zoeken, maakte niet uit want de groeve is groot genoeg om je eigen gang te gaan.
Ik had Bert mee in de auto en het was voor hem de allereerste(!) keer om in een groeve naar fossielen te zoeken. In overleg besloten wij tweeën helemaal naar achteren in de groeve te gaan. Ik heb namelijk altijd nog de hoop een speciaal zee-egeltje Hagenowia te vinden en die komt alleen in de oudste lagen van deze groeve (het zgn. ‘Yachthafenplateau’) voor. Toen we daar aankwamen, waren er meerdere verzamelaars druk bezig, waaronder een contactvriendelijke Duitser die met behulp van krukken (!) ook diezelfde lange weg had gemaakt. Alle Achtung!
Helaas verstrijkt de tijd bij het zoeken altijd erg snel en is zo’n excursie al om 3 uur ’s middags ten einde. Bovendien moet je inplannen dat de terugweg met volle rugzak en vermoeide benen wel een half uur in beslag neemt en zijn we met een omtrekkende beweging langs andere zoekers teruggegaan naar de auto. Al met al hebben we onder prima weersomstandigheden heerlijk gezocht, geen Hagenowia gevonden, maar uiteindelijk toch heel tevreden met de vondsten.
We hadden geluk dat de leden van de APH (Arbeitskreis Paläontologie Hannover) ditzelfde weekend een speciale, tijdelijke tentoonstelling hadden ingericht in het gebouw van de firma Heidelberg Cement. Hier waren ongelooflijk mooie fossielen te zien; niet alleen van Misburg, maar ook van diverse andere vindplaatsen rondom Hannover.
Bovendien konden we hier het nieuwe Campan-boek aanschaffen (zonder 27 euro aan portokosten naar Nederland). Een schitterende uitgave, bijzonder uitgebreid en eigenlijk een must voor elke verzamelaar; zeker voor diegenen die wel eens in Misburg of Höver zoeken. De prijs is 49 euro. Dat lijkt misschien veel, maar het dikke boekwerk van over de 700 pagina’s is die prijs dubbel en dwars waard.
Na wat vriendschappelijke woorden gewisseld te hebben met de aanwezige APH-leden (o.a. Ralf Krupp en Daniël Säbele) èn een verzamelaar uit Amsterdam, zijn we weer huiswaarts gekeerd met onderweg nog een gitzwarte, Harry Potter-achtige, onweerswolk en bijpassende hoosbui. Die hadden we zeker niet in de groeve willen hebben, maar die kon ons nu niet meer deren en al met al was het een geweldige zoekdag.
Tom Koops